‘Ken je de Khalifa toren in Dubai? Dat is het hoogste gebouw van de wereld. De gebouwen die ik later ontwerp als architect, moeten ook zo hoog worden. Of hoger nog. Ik wil hoge, gekke gebouwen ontwerpen. Want die geven hoop. Als je bovenop zo’n toren staat en je kijkt naar beneden, dan zie je de hele wereld. Zelfs de wolken liggen onder je. Dat is zó mooi, alsof je een beetje in de hemel bent. Later wil ik bovenop mijn eigen toren staan. Ik zeg altijd: hoe groter je droomt, hoe meer je krijgt. Door veel aan je eigen droom te denken, blijf je eraan werken.
Ik woon nu een half jaar bij Fier. Ik had problemen thuis, zat klem tussen twee culturen. Als kind kwam ik naar Nederland, mijn puberteit bracht ik tussen de Nederlanders door. Ik leerde veel van ze en nam veel van ze over. De rest van mijn gezin houdt zich vast aan de Arabische cultuur en dat botst. Ik mag van mijn familie mezelf niet zijn. Ik mocht niet met bepaalde mensen omgaan, ik mocht me niet kleden zoals ik wilde, niet naar feestjes… Alles was verboden. En er was altijd discussie. De problemen werden zo groot dat iemand uit mijn familie me probeerde te doden. Dat was het moment waarop ik hier terechtkwam.
Daar waar de mensen naast je staan, is je thuis. Bij Fier voelt het fijner dan bij mijn familie. Als ik nu huil is er iemand die me vraagt hoe het met me gaat. Van mijn ouders en broers kreeg ik alleen maar te horen hoe fout ik was. En als ik huilde lieten ze me alleen op mijn kamer zitten. Niet geaccepteerd worden door je eigen familie voelt heel eenzaam. En dat in een wereld waarin bijna acht miljard mensen wonen.
Ik wil een normaal leven hebben, vrij zijn, er iets van maken. Mijn verleden is niet fijn, het nu is ook niet altijd leuk, dus ik wil een goede toekomst. Ik wil zo hard mogelijk studeren om architect te kunnen worden. Mijn familie vertelde me dat ik nooit iets zou bereiken. Ik móet ze laten zien dat ik wél iets kan. Bij Fier heb ik geleerd om negatieve dingen om te zetten naar iets positiefs. Over mijn situatie denk ik: het had erger kunnen aflopen. Ik weet dat al deze moeilijke momenten me sterker maken. En er zit een zinnetje in mijn hoofd: alles komt goed.’
Jawhara (16) is cliënt van Fier.
